X

Een vraag?
Bel ons:
03/776.53.91

Nieuwsbrieven

Archief nieuwsbrieven

Een ongeval met een buitenlander? Wat nu?


Geen paniek…
Indien u in een ongeval verzeild raakt met een buitenlander, zou u op dezelfde manier moeten worden vergoed als bij een ongeval met een Belg.




Wees echter geduldig en vergeet niet om zo veel mogelijk informatie te verzamelen (kentekenplaat, naam en gegevens van de verzekeringsmaatschappij van het buitenlandse voertuig, ...).

Het Belgisch Bureau van Autoverzekeraars is een organisatie die de ongevallen in België beheert die veroorzaakt zijn door voertuigen die gewoonlijk in het buitenland zijn gestald.

Indien het voertuig correct is verzekerd, kunt u zich rechtstreeks tot het Belgisch Bureau van Autoverzekeraars wenden om het geschil te beslechten. Indien de buitenlandse maatschappij een correspondent in België heeft aangesteld, zal het Belgisch Bureau deze laatste rechtstreeks het dossier versturen voor het beheer en de afhandeling van het ongeval.

Wat gebeurt er als het buitenlandse voertuig niet verzekerd is op het ogenblik van de feiten?

Stel dat iemand met een valse kentekenplaat rijdt, aan een politiecontrole probeert te ontsnappen en tegen het stilstaande voertuig van onze verzekerde botst... Deze persoon vlucht, maar wordt geïdentificeerd door verschillende getuigen. Na identificatie van de kentekenplaat blijkt dat deze plaat niet tot het voertuig behoort dat bij het ongeval is betrokken.

Kan het Belgisch Bureau weigeren om tussen te komen?

Het Belgisch Bureau is verplicht om in te grijpen namens het Bureau van de lidstaat waarin het voertuig gewoonlijk is gestald voor zover men het bewijs heeft van de gewoonlijke stalling dat gekoppeld is aan de kentekenplaat.

Kan het Belgisch Bureau dan weigeren om tussen te komen als het buitenlandse voertuig van een valse kentekenplaat is voorzien of een plaat draagt die niet of niet meer overeenkomt met het betrokken voertuig?

In een dergelijke situatie moet het Belgisch Bureau het slachtoffer wel degelijk vergoeden. Bovendien stipuleert de Vijfde Richtlijn Motorrijtuigenverzekering dat “het Belgisch Bureau niet langer de terugbetaling van haar uitkeringen kan eisen aan het Bureau van de lidstaat waarin het voertuig gewoonlijk is gestald, al naargelang de plaat die het draagt.” Het kan zich echter, op basis van de subrogatie in de rechten van de gewonde persoon, ofwel tot de verzekeraar van het voertuig (weinig waarschijnlijke situatie) ofwel tot het GMWF richten bij afwezigheid van verzekering, aangezien het om een verondersteld niet-verzekerd voertuig gaat dat gewoonlijk in België is gestald. Het Gemeenschappelijk Waarborgfonds is dan verplicht om in te grijpen.

 

Bron: www.lar.be

 

Overzicht nieuwsartikels